Niet voor een hackathon. Nee, gewoon, voor Rusland. Want dat is tegenwoordig hip: een beetje spioneren tussen de trainingen door. Stick in de hand, laptop in de rugzak, en gáán.
Die jongen is opgepakt en heeft wat nachtjes in de cel doorgebracht. Lijkt me logisch. Maar daar denkt z’n vader anders over. Volgens het krantenbericht in het AD trouwens “hoogopgeleid en met een goede baan” waarbij ik dan denk “wat doet dat er in Godsnaam toe?!” Ik zie de man al voor me. Zo’n typetje dat permanent op weg is naar een borrel met mensen die zichzelf “druk, druk, druk” noemen.
Die vader zegt geen seconde iets als : “Ja, dat was misschien niet zo handig van m’n zoon, dat Russische spioneren” Nee joh! Die zegt: “Wij zijn hardwerkende mensen. Iedereen kent ons op de hockeyclub.” O, gelukkig! Want dat verandert álles natuurlijk. Als iedereen je kent op de hockeyclub, dan kun je kennelijk gerust een beetje freelancen voor de FSB. Misschien hadden de Russen gewoon iemand nodig die goed kan pushen. Het is die specifieke kakkerlogica: als je elkaar kent op de hockeyclub, dan geldt de wet blijkbaar iets minder streng. “Ach joh, iedereen maakt wel eens een foutje. Hij heeft misschien een wachtwoordje gelekt, maar hij sloeg wél een hattrick tegen HGC!” Alsof je bij een spionageschandaal strafvermindering krijgt op basis van je hockeyprestaties.
Wat een narcist, die vader die net als zijn zoon slachtoffer is van een groot misverstand. Dat Poetin per ongeluk in de groepsapp van de A1 zat. Dat het allemaal een kwestie van slechte timing was: “Ja, hij was toevallig in Den Haag om te spelen tegen de vrinden van HGC, niet om wifi-netwerken te scannen.” Tuurlijk, joh. En ik drink wodka voor de antioxidanten.
En dan dat zinnetje. Dat zinnetje waar je acuut maagzuur van krijgt: “Gelukkig heeft dit geen gevolgen voor zijn toekomst op school of bij de hockeyclub, want iedereen kent hem en ons.”
Dat, dames en heren, is wat er mis is met Nederland anno 2025. Niet de Russen. Niet de hackertjes. Nee, de hockeyouders! Die zelfgenoegzame kakkers die denken dat moraal een accessoire is en dat “iedereen kent ons” een vrijbrief is voor alles. Het is datzelfde type dat op feestjes zegt: “We hebben ook Oekraïense vluchtelingen opgevangen hoor. Een weekje in het tuinhuis, tot het te koud werd voor de wijn.” Ze praten over “onze normen en waarden” terwijl hun kinderen staatsgeheimen lekken tussen de strafcorneroefeningen door. Maar ach, zolang de reputatie van de familie niet lijdt, hè? Zolang de naam op de club nog steeds gefluisterd wordt met eerbied, kan zoonlief gerust doorgaan met cyberkraken voor het Kremlin. Misschien zetten ze er binnenkort een sponsorbord neer: “Deze strafcorner wordt mogelijk gemaakt door de Russische inlichtingendienst.”
En pa? Die bestelt nog een gin-tonic, schudt meewarig z’n hoofd en zegt: “Wat een heisa allemaal. Hij is pas zeventien.” Ja. Zeven-tien. Oud genoeg om te weten wat hij doet.
En jong genoeg om thuis nog geen klap te krijgen, want papa vindt alles prima zolang het tuinhek maar wit blijft en de hockeyclub niet moeilijk doet.
Zulke ouders ondermijnen geen netwerken, maar fatsoen. Dat, beste mensen, is een vorm van landverraad dat geen enkel antivirusprogramma nog kan tegenhouden. Want als je zoon betrapt wordt met de digitale broek op de enkels bij de FSB, en je eerste reflex is “gelukkig kent iedereen ons,” dan is de enige club waar je thuishoort geen hockeyclub, maar de toneelvereniging.
Geschreven door Wouter Sikkenk
© 4EVER49 Radio - Celebrating Life!